Handig bij het testen van een applicatie is te weten of ze opgestart is. Handig bij het onderhouden van een applicatie is te weten hoe dikwijls ze gebruikt werd, in dit geval gestart werd.
Je kan die waarde gemakkelijk bijhouden in het standaard verborgen instellingenbestand met “Settings”. De component “Settings” moet aktief zijn (Project, Properties, Components).
Je steekt in je hoofdmodule MMain of scherm FMain een stukje code dat de teller checkt, en verhoogt met 1.
Settings["General/LastLaunch"] = Now() IF Settings["General/Runcounter"] TRY Settings["General/Runcounter"] = Settings["General/Runcounter"] + 1 ELSE Settings["General/Runcounter"] = 1 ENDIF
In een van je About of Info schermen kan je die counter dan weergeven.
TextLabel2.ToolTip = "Runcounter " & Settings["General/Runcounter"] TextLabel2.ToolTip &= "; " & Settings["General/LastLaunch", ""] TextLabel2.ToolTip &= " - " & Settings["General/LastShutdown", ""]
Bij het debuggen is het ook handig te kijken of het programma normaal opgestart / normaal gesloten is, vandaar de LastLaunch en LastShutdown ‘timestamps’, de shutdown in de code voor het sluiten van het hoofdvenster:
PUBLIC SUB doClose() Settings["General/LastShutdown"] = Now() ME.Close END